De Rosgrutmolen
Hoogstraat 48
1689 – 1867
De werking van de Grutmolen.
In de grutmolen liep ook het paard zijn eindeloze rondjes, maar hier werden veel meer bewerkingen toegepast. Allereerst moesten de boekweitkorrels gezeefd om precies even groot te zijn om met het breken evn grote stukjes van de korrel te krijgen. Voordat de boekweit werd gebroken tot grutten, werden de korrels eerst geëest, dwz licht verwarmd, waardoor de boekweitdop er makkelijker afging. De eest werd verwarmd door een kachel die gestookt werd met boekweitdoppen en de warmte daarvan droogde de boekweit. De doppen werden er vanaf gemalen en in de builkist uitgezeefd. Er werden meerdere grootten gebroken en uitgezeefd. Kortom een grutterij was een zeer arbeidsintensief bedrijf. Ook eiste de bedrijfsvoering veel ruimte om zijn activiteiten te kunnen uitvoeren. Een aantal grote houten zeefkasten, houten machines met lange drijfriemen, touwen en wielen. Een graan en meelopslag, een stal voor een of meer paarden en een uitgang in het hoekpand naar de wei voor het vee.
Hoogstraat 48
Ook hier was een rosgrutmolen met een uitgebreide grutterij.
De grutterij, waar boekweit werd gebroken en gemalen en verder verwerkt bevond zich in een schuur achter het pand aan de Hoogstraat. De achteruitgang voor de paarden kwam uit op de Achterstraat, zoals de Heerenstraat toen heette.
In 1689 was er een conflict tussen twee buren en lezen we: “in de ganck tusschen beijde huijsingen aan d’Oostsijde van de ganck langes de muijr door het geutgat dat bevonden wordt in Reiniers sijn muer sal hebben en vervolglick tot aen d’Achterstraet”. Wat er door dat “geutgat” gelopen zal hebben zal weinig fris geroken hebben!!
In 1774 erft Hendrik de Kemp “huijs, schuer, hoff en erff en Grutmolen en al ‘tgeen verder aan toebehoort”. In 1867 wordt de grutmolen nog genoemd. Te koop in 1879 een huis aan de Hoogstraat, waarin sedert jaren met het meeste succes de grutters-affaire en de korenhandel is uitgeoefend. (Zie de advertentie van de veiling).
Het stuk molensteen bij de bank op het molenerf van De Vlijt is mogelijk van deze rosmolen. Afkomstig van het convent op plek waar de kelder van het Gat is gegraven in de 80er jaren. Het molenpersoneel gebruikt deze molensteen al vele jaren als tafel voor het koffieblad.
Deze informatie is onderdeel van de 4,5 km lange wandeling ‘Op stap langs wind, water en paardenkracht, 6 eeuwen Wageningse molens’. Meer informatie over deze wandeling vind je op de website van Molenmarkt Wageningen. Hier vind je ook een plattegrond met daarop de route. De locatie van de volgende ‘molen’ op deze route is de ‘Rosgrut- en Mosterdmolen’. Ga hiervoor naar de Hoogstraat 26, de plaats van de QR-code bevindt zich daar op het raam.