Tot aan de 41ste Molenmarkt op 14 september schrijft oud molenaar Hans Dobbe iedere week een verhaal over een van de vele molens, die ooit in Wageningen werkten en een levendig panorama vormden in onze stad. Schilderachtig mooi en voor velen nog totaal onbekend tot nu toe, wordt er een overzicht gegeven.
De uit Heelsum afkomstige molenaar Hendrik Hulshuizen liet in 1879 een ronde stenen windkorenmolen met stelling bouwen voor zijn zoon Jan. De plaats was in de Wageningse Eng tussen de tabaksvelden aan de zuidkant van de Harnjesweg, dat toen nog maar een paadje was. Plaatselijke tabaksboeren maakten nog bezwaar tegen de bouw, omdat zij vreesden dan de wind uit hun schuren zou worden gehouden zodat de tabak niet goed kon drogen. De bouw ging toch door en zo verscheen er een kloeke korenmolen, die Jan met veel succes bemaalde. Zijn broer Hendrik Hulshuizen liet een 16 PK gasmotor in de molen bouwen, die moest helpen als er geen wind was. De pijp voor het stadsgas steekt nu nog steeds uit de grond omhoog. De Vlijt heeft gelukkig nooit fatale ongelukken meegemaakt. In 1901 sloeg de bliksem in de houten askop, waarna een gietijzeren askop werd gestoken. In 1933 brak de houten buitenroe en de helft belandde loodrecht in de moestuin. In de 2e WO liep De Vlijt door granaatvuur beschadigingen op aan de kap en het gevlucht.
Na de oorlog wilde molenaar Van Veldhuisen de molen vervangen door een grote machinale maalderij. Door tussenkomst van de historicus Max van Hoffen kwam dit zover niet en werd zelfs tot herstelwerk besloten in 1951-1952. Na het overlijden van Van Veldhuisen verviel de molen weer, tot uiteindelijk de Gemeente De Vlijt kocht en zorgde voor een restauratie. Om veiliger en efficiënter te kunnen werken, werden in 1985 fokwieken met remkleppen aangebracht. De Vlijt is momenteel een van de meest volledig in bedrijf zijnde traditionele windkorenmolens van Nederland. Wij hopen dat hij nog lang het levendige stadsbeeld van Wageningen mag meehelpen bepalen. Zie: www.molenmarktwageningen.nl en www.oudwageningen.nl